Verdubbeling inschrijvingsgeld DKO: Nee! Brief aan Minister Smet

'In zijn eigen voet schieten'.....het DKO is er kampioen in!

Vier/Vijf jaar terug werden alle leden van de werkgroepen 'inhoudelijke vernieuwing' uitgenodigd door het departement onderwijs.
Het was een bijeenkomst waarop mensen uit het werkveld DKO (een meerderheid en veelal aanbevolen door de directeurenverenigingen), vertegenwoordigers van de koepelorganisaties, amateurkunsten, inspectie en de administratie DKO werden geïnformeerd over de doelstellingen van en de timing voor de opmaak van de eerste conceptnota in voorbereiding van een nieuw niveaudecreet voor het deeltijds kunstonderwijs.
Alles kon en alles mocht voorgesteld worden......maar dit onderwijsniveau moest met een nieuw decreet financieel beheersbaar blijven.
Toen één opmerkelijke tussenkomst: voor de vertegenwoordigers uit de werkgroep muziek zou de overheid best wél rekening houden met hun uitdrukkelijke eis om de opleiding in 'hun' studierichtingen te kunnen starten vanaf 6 jaar en het lesuur voor 'hun' leerkrachten terug te brengen van 60' naar 50 minuten.

En ...... de werkgroep muziek haalde hun slag thuis.......in de eerste conceptnota 'inhoudelijk gedeelte' is er rekening gehouden met een instroom vanaf 6 jaar in alle studierichtingen en in de discussienota is rekening gehouden met de eis voor contacturen van 50'.

Bovendien is er een jaren lange overtuiging dat de leerling vanaf het begin moeten kunnen kiezen voor een instrument.

1. Vier jaar later is er de vaststelling dat in heel wat academies 'podiumkunsten' onvoldoende infrastructuur aanwezig is om de nieuwe instroom van 6- en 7 jarigen te organiseren, er geen aangepaste leerplannen beschikbaar zijn en leerkrachten veelal niet specifiek/voldoende geschoold zijn om deze doelgroep te 'onderwijzen'.
Een klein(?) detail!!!!, bij de opmaak van het decreet van 1990 koos de sector uitdrukkelijk voor lestijden van 60' (deelbaar door 2,3 en 4) en......het invoeren van groepsgericht individueel lesgeven. Vandaag stellen veel leerkrachten vast dat lestijden van 50' niet handig zijn voor klasgroepen met 3 of 4 leerlingen en zeker niet wanneer je als leerkracht niet overweg kan met groepsgericht individueel lesgeven.

2. De kostprijs van een lesuur is, in de studierichting muziek, nu reeds zeer hoog (zie verslag van het Rekenhof) in verhouding met andere studierichtingen DKO en andere onderwijsniveau's. Het verschil zal alleen maar groter worden door de twee eerder vermelde beslissingen en nog groter worden wanneer kinderen de opleiding kunnen starten met een instrument (kleinere klasgroepen).

3. Zowel de gebruiker (inschrijvingsgeld) als het onderwijzend personeel (ander opdrachtenbreuk) krijgen de rekening gepresenteerd.

De gevolgen van een verhoging van het inschrijvingsgeld (zie discussienota) zijn niet voorspelbaar maar zullen een daling van het aantal gebruikers inhouden van 30 % tot 50% van het huidige leerlingenaantal.
Hoe kleiner de instelling hoe groter de gevolgen op korte en langere termijn.


Is de overheid en het werkveld bereid om alsnog 'out of the box' te denken ?

Zou het niet zinvoller zijn om, in navolging van de huidige programmatiestop, alle uitgaven en inkomsten in het DKO tijdelijk te bevriezen op het huidige niveau, de inhoudelijke vernieuwing een kans te geven, en de impact hiervan te evalueren na 5 à 10 jaar.

Voorbeeld:
alle instellingen werken verder met het huidige urenpakket, administratieve omkadering en werkingsmiddelen of een gemiddelde van de laatste drie/vijf jaar.
de instellingen krijgen de volledige autonomie om binnen de krijtlijnen van de eerste conceptnota te organiseren en te programmeren (incl. Instroom vanaf 6 jaar)
organiseren en programmeren met verplichte wedertewerkstelling binnen de school.
verhoging van inschrijvingsgelden worden beperkt tot de jaarlijkse indexaanpassingen.

Dit zou alle betrokkenen de kans geven zich stap voor stap aan te passen, een 'bloedbad' kan vermeden worden en....... ons dierbaar deeltijds kunstonderwijs is financieel beheersbaar in afwachting van nieuwe ideeën die ons onderwijs wél ten goede komen.