Behoud studiecentrum Enschede

Aan:

Studentenraad OUNL

Klankbordgroep Vestigingsbeleid OUNL

College van Bestuur OUNL

 

Wij
Studenten van de Open Universiteit (OU)

 

Constateren
na bestudering van de Rapportage Vestigingsbeleid, dat de OU studiecentrum Enschede wil sluiten, en dat dit gebeurt op oneigenlijke gronden.
Om hiernavolgende redenen pleiten wij voor het behoud van studiecentrum Enschede.

 

1. De redenen waarom wij gekozen hebben voor een studie aan de OU zijn divers, maar de meesten van ons studeren naast een baan, een gezin en/of mantelzorg, waardoor een full time of deeltijd studie aan een reguliere universiteit in ieder geval uitgesloten is. Ook fysieke, dan wel financiële beperkingen, spelen voor velen een rol in de keuze voor een studie aan de OU. De nabijheid van een studiecentrum waar we terecht kunnen voor tentamens en bijeenkomsten is daarbij van doorslaggevend belang. Wij zijn dan ook precies de doelgroep waarvoor de OU is opgericht.

2. De slechte verbindingen van de randgemeenten in de regio Twente en de Achterhoek, met het alternatief, studiecentrum Zwolle, zijn een probleem. De infrastructuur in onze regio is slecht, om niet te zeggen abominabel, en dat geldt ook voor het openbaar vervoer. De in het rapport acceptabel genoemde afstand van 80 tot 100 kilometer naar een vestiging van de OU is niet realistisch in het oosten en noorden van het land. De reistijd naar studiecentrum Zwolle, die v.v. wel kan oplopen tot 4,5 uur, is voor ons ondoenlijk; niet alleen fysiek en/of financieel, maar ook vanwege de kostbare vrije dagen die het velen van ons zou gaan kosten. Met invoering van zowel de begeleide master als de geplande begeleide bachelor zullen we zelfs nog meer moeten gaan reizen om de verplichte bijeenkomsten bij te wonen.

3. Door sluiting van studiecentrum Enschede worden wij in een ongelijke positie geplaatst ten opzichte van andere studenten die wel een vestiging in hun nabijheid hebben. De in de Rapportage genoemde ‘broedplaatsen van ideeën en innovatie’, de ‘ontmoetingsplaatsen van studenten, docenten en onderzoekers’, zijn voor ons straks vrijwel onbereikbaar, tenzij wij in staat en bereid zijn veel meer tijd en geld te steken in het reizen naar een van de nieuwe vestigingen. Wij vinden dat een van de doelstellingen van de OU - het aanbieden van toegankelijk academisch onderwijs - zwaarder weegt dan een (nog fictieve) academische uitstraling. Bij dit laatste willen we ook de kanttekening plaatsen dat een academische uitstraling niet afhankelijk is van een concentratie van vestigingen in het westen van het land.

4. In bijlage 2 van het rapport wordt beweerd dat de bezoekers van de website van de OU met name uit het westen van het land komen. Wij vragen ons af of de interpretatie van de gegevens gecorrigeerd is voor bevolkingsdichtheid. De rapporteurs lijken zich bij hun bewering uitsluitend te baseren op webstatistieken. Deze statistieken zijn niet erg betrouwbaar, omdat er geen gegarandeerd verband bestaat tussen ip-adressen en geografische locaties. Het is daardoor mogelijk dat webstatistieken worden beïnvloed door zaken als de geografische locatie van internetproviders, en de technieken die ze toepassen, zoals bijvoorbeeld het delen van een enkel IP-adres door een grote groep gebruikers.

Wij vinden het verontrustend dat door de beleidsmakers op deze manier naar de eigen plannen toe is geredeneerd.

 

Alternatief
Gezien de grotere studentenaantallen - die wel objectief meetbaar zijn - kunnen wij goed meegaan in de keuze voor meer vestigingen in de Randstad. Maar de keuze voor een vestiging in Zwolle als alternatief voor de studenten uit het noorden en het oosten van het land, vinden wij slecht onderbouwd en niet goed doordacht, en wellicht wat teveel gericht op de wensen van de (wetenschappelijk) medewerkers.

Als er dan toch studiecentra afgestoten moeten worden, zou het logischer zijn om studiecentrum Zwolle te sluiten en de vestigingen in Enschede en Groningen te behouden. De infrastructuur rond Zwolle is veel beter dan die in de regio Twente en de Achterhoek. Studenten uit regio Zwolle hebben daardoor het voordeel dat ze meerdere vestigingen in hun nabijheid (Utrecht, Groningen, Enschede) vlot met openbaar vervoer of met de auto kunnen bereiken.

Zwolle heeft geen academische omgeving. Enschede heeft dat met de Universiteit Twente uiteraard wel. Enschede is een snelkookpan van kennis en bedrijven op gebied van ICT, Managementwetenschappen, toegepaste Onderwijswetenschappen en Psychologie (zie ook de grafiek in de bijlage van de Rapportage).

Studiecentrum Enschede is nu vrijwel onzichtbaar weggestopt in een van de vele gangen van Hogeschool Saxion. Op deze manier is het ook onmogelijk om potentiële studenten aan te spreken.

Wij vragen ons af waarom de OU zich niet vestigt op of nabij het terrein van de Universiteit Twente. Er is een NS station waar elke trein vanuit het westen, zuiden en noorden stopt, en er is een zee aan gratis parkeermogelijkheden op de campus, die een goede verbinding heeft met de A1. En last but not least kunnen wij dan voor onderzoek eveneens eenvoudig gebruik maken van de universiteitsbibliotheek van de UTwente. Academische uitstraling te over, en genoeg ruimte voor de OU om zich duidelijk te profileren.

 

Wij verzoeken
de problemen die de sluiting van studiecentrum Enschede met zich mee zullen brengen serieus te nemen, en studiecentrum Enschede te behouden en uit te bouwen tot een van de vestigingen van de OU.